Isidoor Henry Joseph Vos studeerde geneeskunde in Amsterdam, waar hij zijn artsexamen aflegde op 17 juni 1911. Hij promoveerde op 28 december 1918 in Amsterdam op een proefschrift over 'De melkvoorziening van Amsterdam'. Hij woonde aan de Amstel 25 te Amsterdam.
Isidoor Henry Joseph Vos was officier van gezondheid. Daarnaast was hij lid van de Tweede Kamer voor de liberale Vrijheidsbond. In de perioden 1921-1929 en 1933-1935 was hij tevens wethouder van openbare gezondheidszorg in Amsterdam.
Vos werd op jonge leeftijd lid van de Nederlandse Zionisten Bond (NZB). Hij is voorzitter geweest van het Nederlandse Comité van de Alliance Israélite Universelle, lid van de kerkenraad van de joodse gemeente in Amsterdam en lid van de Centrale Commissie van het Nederlands Israëlietisch Kerkgenootschap. Hij heeft veel gedaan voor de Joodse Invalide. Hij had een grote sociale belangstelling en hij was een veel gevraagd spreker. Hij bekleedde bestuursfuncties in talloze verenigingen, zoals de Vereniging tegen de Verontreiniging van Water, Bodem en Lucht, de Centrale Vereniging voor de T.B.C.-bestrijding en de Drentse Vereniging te Amsterdam.
Voor de Vrijheidsbond was hij een stemmentrekker onder de joden in Amsterdam. Ook onder de niet-joodse middenstanders trok hij stemmen, onder meer door zich te keren tegen de zondagssluiting. In 1933 stond op de verkiezingsborden in Amsterdam: 'Wie laat de winkeliers niet los? Zij weten het wel, ‘t is den Vos!'
Vos zette op 14 mei 1940 zijn vrouw en twee kinderen op de boot naar Engeland. Hij beschouwde het als zijn plicht om zelf in Nederland te blijven.
In februari 1943 is in Het Joodsche Weekblad een korte necrologie verschenenen voor Isodoor Henry Joseph Vos.
Het Joodsche Weekblad, 5 februari 1943, 1
J.H. Coppenhagen, Anafiem Gedoe‘iem. Overleden joodse artsen uit Nederland 1940-1945 (Rotterdam 2000) 144
M.H. Gans, Memorboek. Platenatlas van het leven der joden in Nederland van de middeleeuwen tot 1940 (6e bijgewerkte druk; Baarn 1988) 748
J.Presser, Ondergang. De vervolging en verdelging van het Nederlandse jodendom 1940-1945 (dbnl 2004) 13