Lena zat van 12 juni 1928 tot 15 april 1940 op de Amsterdamse dovenschool.
Volgens de gegevens van de school was vader Ancona sigarenmaker.
Op 10 april 1940 liet vader Ancona de school weten dat hij Lena op proef had laten werken als leerling-machinestikster op een damesmantel-atelier. Aangezien de chef tevreden was, nam vader Ancona zijn dochter Lena op 15 april 1940 van school, tegen het advies van de school in.
De documenten van de school vermelden over Lena dat zij onverstaanbaar sprak, een goedaardig karakter had en tijdens de schooltijd door de schuld van de vader ontzettend veel verzuimd had. De familie werd door de school betiteld als “inferieur”.
Verder staat bij de gegevens van Lena vermeld: “Overleden”.
Lena had een dove zus: Esther de Vries-Ancona en een dove broer: Jacques (Jack) Ancona.