Philip Polak, geboren in Schoonoord, gemeente Sleen, was een zoon van Simon Polak en Bettje van Rhijn, een gezin met in totaal negen kinderen. Eén kind stief als baby, 1 jaar oud en één kind heeft de Holocaust overleefd. Alle anderen kinderen, t.w. Salomo, Hartog, Harmannus, Bertha, Carolina, Anna en Philip zelf, werden tijdens de Sjoa vermoord.
Philip trouwde op 4 Mei 1910 in Haren (Gr.) met Aaltje Nathans, de oudste dochter van Simon Nathans en Betje de Jong. Philip en Aaltje kregen samen twee kinderen: Betje en Simon. Beiden werden in de Sjoa vermoord.
Vermoedelijk heeft Philip Polak in het psychiatrisch ziekenhuis "Port Natal" in Assen verbleven. Deze instelling was voor zijn dochter Betje het correspondentie- adres als vermeld op haar kaart van de Joodse Raad. Vanuit deze pychiatrische inrichting werden in 1943 alle Joodse Patienten en staf door de bezetter afgevoerd. Op 23 April 1943 werd hij in Sobibor vermoord. Van Philip Polak is er geen archiefkaart van de Joodse Raad gevonden. Zijn vrouw Aaltje werd eveneens in Sobibor vermoord, echter reeds op 13 Maart 1943. Zijn dochter Betje werd in Auschwitz vermoord en zijn zoon Simon verloor zijn leven ergens in Midden Europa op 31 Maart 1943.
Website www.wiewaswie.nl, archief Joodse Raad, kaarten van Aaltje, Betje en Simon Polak; Encyclopedie Drente, https://www.geheugenvandrenthe.nl/licht-en-kracht en de geschiedenis van Port Natal, http://www.portnatal.nl/Landgoed_Port_Natal/Geschiedenis.html.