Mary Eijl bevond zich in een transport dat op 9 april 1945 uit Bergen-Belsen vertrok. Op 18 april werd de trein ter hoogte van Wittenberg onder vuur genomen door de Engelsen. Gevangenen die nog konden lopen, mochten de wagons verlaten om dekking te zoeken. Mary vluchtte met Jaap Polak (de vriend van een vriendin van haar) en twee andere mannen het bos in.
Na afloop van de luchtaanval moest iedereen terugkeren naar de trein. Mary en de twee mannen besloten zich schuil te houden in de bossen, omdat ze ervan overtuigd waren dat de Engelsen zich vlakbij bevonden. Mary is daarna nooit meer gezien of gevonden. Jaap Polak keerde wel terug naar de trein en overleefde de oorlog.
Bron: Jaap Polak en Ina Soep, Tussen de barakken…: liefdesbrieven in Westerbork en Bergen-Belsen (Laren, 2006) 43
Verhaal