Jonas Valk werd geboren op 19 februari 1910 in Borger, als jongste zoon van Benjamin Valk en Bartha Valk-Wallage. Jonas kon prachtig tekenen en hij wilde graag kunstschilder worden. Maar zijn vader vond dat je daar je brood niet mee kon verdienen. Na de lagere school moest Jonas, zeer tegen zijn zin, meehelpen in de slagerij van zijn vader en zich op die manier het vak van paardenslager eigen maken.
Te kunnen tekenen en schilderen bleef zijn droom. Uiteindelijk verkoos hij het huisschildersvak boven het slagersvak. In 1931 vertrok hij uit Gieten, waar hij met zijn ouders woonde, naar Wildervank, om daar het schildersvak beter te leren.
Jonas trouwde in 1932 met zijn volle nicht Jetta Wallage. Zij kregen negen kinderen, waarvan twee na de oorlog werden geboren.
Benjamin 10-10-1932
Jacobus 08-04-1934
Bartha 11-05-1935
Betje 05-12-1936
Gerdina 22-01-1938
Levie 06-07-1939
Mozes 31-05-1941
Hendrik J. 09-11-1946
Lena 09-03-1949
In 1936 bekeerden Jonas en Jetta zich tot het Kerkgenootschap der Zevende-Dags Adventisten. Deze stap bleek levensreddend. Welswaar is het hele gezin in mei 1943 opgepakt en via Vught naar Westerbork getransporteerd en in september 1944 doorgezonden naar concentratiekamp Theresiënstadt in Tsjechoslowakije. Maar ondanks alle verschrikkingen heeft het hele gezin de oorlog overleefd.
Bron: 'Gieten, namen op de steen', H.Kuik en W. van der Neut-Legemaat, 1994, uitgave Stichting Het Drentse Boek, Zuidwolde
Verhaal