Schoontje Schenkkan was een dochter van Levie Schenkkan en Marianne Peper. Zij trouwde op 22 Augustus 1917 in Amsterdam met Philip Bont, handelsreiziger en manufacturier, een zoon van Meijer Bont en Elisabeth Roselaar. Het echtpaar kreeg twee kinderen, t.w. Elisabeth en Marianne. Elisabeth, die geboren was op 10 November 1918, overleed na enkele dagen op 15 November 1918. Marianna, die op 16 Mei 1920 werd geboren, is tijdens de Sjoa vermoord, net als haar ouders.
Philip Bont woonde in bij de weduwe Gokkes op de Zwanenburgwal 20 II. Na zijn huwelijk trok hij met zijn vrouw Schoontje Schenkkan naar de Lepelstraat 52 en vervolgens naar de Foeliedwarsstraat 18. Na nogmaals tien keer te zijn verhuisd, kwam het gezin in Februari 1938 terecht in de Kuinderstraat 46 I in de Rijnbuurt van Amsterdam-Zuid.
Hun dochter Marianne was aankomend naaister van beroep. Op 19 December 1938 werd zij uitgeschreven uit Amsterdam naar de Brederodestraat 54 in Santpoort (gemeente Bloemendaal), waar het Provinciaal Psychiatrisch Ziekenhuis Meer en Berg was gevestigd. Daar heeft zij gewerkt tot 1 April 1940, toen zij weer terugkeerde naar haar ouderlijk huis in de Kuinderstraat 46 I in Amsterdam. Op enig moment is Marianne weer vertrokken uit Amsterdam naar het Apeldoornsche Bosch in Apeldoorn om daar weer als naaister werkzaam te zijn. Van daar is zij in de nacht van 22 op 23 Januari 1943 met alle patiënten en verdere staf is weggevoerd naar Auschwitz, waar zij bij aankomst op 25 Januari 1943 onmiddellijk werd vermoord.
Schoontje Schenkkan werd op 7 September 1943 afgevoerd naar Westerbork, gelijk met haar neef Isaac Swart en zijn vrouw Hendrika Piller. (Isaac was een zoon van Schoontje's zuster Heintje Schenkkan, die met Nathan Swart was gehuwd). Diezelfde dag nog werden zij op transport gesteld naar Auschwitz. Daar is Schoontje bij aankomst op 10 September 1943 onmiddellijk in de gaskamer van Auschwitz-Birkenau vermoord. Haar neef en zijn vrouw werden eerst nog als dwangarbeiders tewerkgesteld, voordat zij in Auschwitz hun leven verloren.
Schoontje;s man Philip Bont heeft lange tijd gepoogd aan de vervolging te ontkomen, wat hem uiteindelijk niet is gelukt. Op 8 Augustus 1944 kwam hij als strafgeval in Westerbork terecht waar hij moest verblijven in strafbarak 67. Op 3 September werd hij als strafgeval met het laatste transport van Westerbork naar Auschwitz op straftransport gesteld waar hij bij aankomst aldaar op 6 September 1944 onmiddellijk in de gaskamer werd vermoord.
Bronnen o.a. Stadsarchief Amsterdam, gezinskaart Philip Bont, archiefkaarten van Philip Bont, Schoontje Schenkkan en Marianne Bont; het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Philip Bont, Schoontje Schekken (fout – moest zijn Schenkkan) en Mariana (fout – moet zijn Marianne) Bont en de wikipedia website van de Jodentransporten vanuit Nederland.