In Mechelen woerden het 12e en 13e konvooi afzonderlijk gevormd. De vorming van het 12e konvooi werd aangevat op 26 September. Het kon pas vervolledigd worden op 6 October. Van de 1000 ingeschreven personen zal één gedeporteerde ontsnappen vóór de Belgische grens. Het 2e konvooi, het 13e, aangevat op 6 October, moet volledig zijn op 9 October, aan de vooravond van het vertrek. Daarom telt dit slechts 679 personen, waarvan er 4 uit de rijdende trein zullen springen vóór de grens.
De twee konvooien die in totaal 1674 personen wegvoeren, komen met een transport in Auschwitz aan op 12 October, na een halte in Kozel. Het is overigens de laatste maal dat een “Belgisch” konvooi hier stopt. Bij deze laatste halte worden maximum 356 personen geselecteerd die “werk-bekwaam” zijn. In Auschwitz zelf worden nog mannen ingeschreven. Slechts 88 van de 803 gedeporteerde vrouwen en meisjes worden ingeschreven. Het grootste deel van de 1202 personen die onmiddellijk na de aankomst werden vermoord, zijn vrouwen. Dit transport heeft bij aankomst een uitroeiingsgetal van 71,8%. Van de 472 vrouwelijke en mannelijke tewerkgestelden in de kampen in Hoog-Silezië en in Auschwitz zullen er nauwelijks 54 overleven, 28 van het 12e konvooi en 26 van het 13e.
Bron: Het Memoriaal van de Deportatie der Belgische Joden, pagina 27.