Salomon Dingsdag, geboren op 2 Februari 1900 in Amsterdam, was een zoon van Levie Dingsdag en Mietje Theeboom. Op 19 November 1924 trouwde hij met Esther Rodrigues Parreira, een dochter van Abraham Parreira en Jetje Brandon. Esther was geboren in Amsterdam op 1 December 1899 en vóór haar huwelijk werkte zij als kleermaakster. Salomon en Esther kregen samen vier kinderen, t.w. Levie in 1928, Jetje in 1931, Mietje in 1934 en Hendrika in 1938.
Salomon en Esther woonden samen na hun huwelijksdag in de Lepelstraat 58 I in Amsterdam, waar zij inwoonden bij de 2e echtgenote en weduwe van Aaron Brandon (1851-1925), Hendrika de Haas, wiens stiefdochter Jetje uit het eerdere huwelijk van Aaron Brandon (met Mietje Drievoet (1848-1877)), gehuwd was met Abraham Rodrigues Parreira en die de ouders van Esther waren. Salomon was behanger van beroep, maar in de latere jaren werd hij als grondwerker tewerkgesteld.
Drie jaar later, op 11 Juli 1927 verhuisden Salomon en Esther naar Lepelstraat 50 hs maar op 21 September 1938, na nog een acht-tal verhuizingen in de stad, woonden zij opnieuw in de Lepelstraat, nu op nr. 85 hs. Op 4 Januari 1940 volgde opnieuw een verhuizing, nu naar de Vrolikstraat 283 hs, van waar op 18 September het gehele gezin, bestaande uit Salomon, Esther en hun kinderen Levie, Jetje, Mietje en Hendrika werden weggevoerd naar Westerbork en op 21 September rechstreeks op transport gesteld werden naar Auschwitz.
Bij aankomst aldaar op 24 September 1942 werden Esther Dingsdag-Rodrigues Parreira en haar vier kinderen Levie, Jetje, Mietje en Hendrika Dingsdag onmiddellijk afgevoerd naar de gaskamers van Auschwitz-Birkenau en vermoord. Salomon Dingsdag daarentegen werd bij aankomst op de "Rampe" geselecteerd om als dwangarbeider nog ergens in het kamp tewerkgesteld te worden.
Onbekend is echter welke “werkzaamheden” hij daar heeft moeten verrichten, noch is zijn precieze datum van overlijden bekend. Daarom hebben de Nederlandse Autoriteiten na de oorlog vastgesteld, mede op basis van getuigenissen van overlevenden en onderzoek, dat Salomon Dingsdag na 31 Januari 1943 niet meer in leven zou kunnen zijn. Daarop is de gemeente Amsterdam opgedragen om een akte van overlijden op te maken voor Salomon Dingsdag, waarin is vastgesteld dat hij op 31 Januari 1943 in Auschwitz is overleden.
Bronnen o.a. het Stadsarchief Amsterdam, gezinskaart Salomon Dingsdag, archiefkaarten van Salomon Dingsdag en Esther Rodrigues Parreira; woningkaart Amsterdam/Lepelstraat 58; het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Salomon Dingsdag, Esther Dingsdag-Rodrigues Parreia en hun kinderen Levie, Jetje, Mietje en Hendrika Dingsdag en de akte van overlijden nr. 59 voor Salomon Dingsdag, opgemaakt in Amsterdam op 13 October 1950 uit het A-register54-folio 11verso.