Debora Delden was een dochter van Jacob Delden en Leentje Ossedrijver. Zij was geboren op 22 Augustus 1897 in Amsterdam en trouwde op 19 September 1919 met de diamantslijper Salomon Waas, een zoon van Lion Mozes Waas en Sara Hekster; Salomon was geboren op 15 December 1893 in Amsterdam.
Nadat Debora met Salomon was gehuwd, vonden zij woonruimte in de Blasiusstraat 95 II in Amsterdam-Oost. Het echtpaar Waas kreeg drie zonen, t.w. Lion in Januari 1918 en in Maart 1920 de tweeling Hijman en Jacob. In September 1928 vertrokken zij naar Antwerpen, waar Salomon werkte en met zijn gezin woonden in Antwerpen en in Deurne maar op 14 April 1930 keerden zij weer terug in Amsterdam, waar zij woonruimte vonden in de Vrolikstraat 229 II bij Debora Delden’s zwager Mozes Dingsdag, die met haar zus Alida getrouwd was.
Een maand later verhuisde het gezin Waas van de Vrolikstraat naar de Ruyschstraat 75 III en op 23 April 1935 naar een bovenhuis in de Grensstraat 9. In 1937 volgde nog een verhuizing naar de Tilanusstraat 69 III in Amsterdam-Oost en in 1941 naar huisnummer 71 I, tevens het laatst bekende adres van de familie Salomon Waas.
De zonen Hijman en Lion waren gehuwd en woonden met hun vrouw/gezin niet meer thuis. Hijman kwam in Mauthausen om het leven; Lion en zijn vrouw Benvendia Henriques de la Fuente werden in Sobibor vermoord. Jacob Waas, de tweelingbroer van Hijman, was nog ongehuwd en woonde thuis in de Tilanusstraat 71 I bij zijn ouders. Hij was werkzaam als magazijnbediende en heeft naar is gebleken de Holocaust overleefd, maar verdere details zijn niet bekend.
Salomon Waas en zijn vrouw Debora Delden, werden volgens aantekeningen op hun registratiekaarten van de Joodse Raad op 3 Augustus 1942 voorlopig van deportatie “teruggesteld”. (zie de publicatie van Raymund Schütz “Vermoedelijk op Transport”, hoofdstuk 3 blz. 34-39 e.v.-Van Zurückstellung naar Sperre). Echter ten tijde van de grootschalige razzia’s van begin October 1942 werden zij beiden alsnog gearresteeerd en afgevoerd naar Westerbork.
Debora Delden werd daar waarschijnlijk al op 3 of 4 October 1942 binnengebracht en direct daarna, op 5 October gedeporteerd naar Auschwitz in een transport van meer dan 2000 gedeporteerden. Bij aankomst op 8 October 1942 werd zij onmiddellijk vermoord in de gaskamers van Auschwitz-Birkenau.
Salomon Waas zal vermoedelijk gelijk met zijn vrouw in Westerbork zijn binnengebracht maar om onbekende redenen ingesloten in de strafbarak 66. Niet samen met zijn vrouw, maar pas enkele dagen later, op 9 October 1942 werd hij gedeporteerd naar Auschwitz in een transport van ruim 1700 personen. Bij aankomst op ±12 October, werd Salomon Waas als dwangarbeider geselecteerd. Onbekend is waar hij terechtgekomen is en wat voor “werk” hij heeft moeten doen. Wél bekend is dat de omstandigheden waaronder gewerkt moest worden zeer zwaar en inhumaan waren en dat ook vele gevangenen omkwamen door de ontberingen in het kamp.
De precieze datum van overlijden van Salomon Waas is niet bekend. Daarom hebben de Nederlandse Autoriteiten na de oorlog vastgesteld, mede op basis van getuigenissen van overlevenden en onderzoek, dat hij ná 31 Januari 1943 niet meer in leven zou kunnen zijn. De Gemeente Amsterdam kreeg toen de opdracht om een akte van overlijden voor Salomon Waas op te maken waarin officiëel is vastgelegd dat hij op 31 Januari 1943 in Auschwitz is overleden.
Bronnen o.a. het Stadsarchief Amsterdam, gezinskaarten van Jacob Delden (1879) en Salomon Waas; archiefkaarten van Debora Delden, Salomon Waas, Lion, Hijman en Jacob Waas; Diverse woningkaarten Amsterdam; het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Debora Waas-Delden, Salomon Waas, Lion Waas, Benvenida Waas-Henriques de la Fuente, Hijman Waas, Selien Waas-Koperberg en Jacob Waas; wikipedia website Jodentransporten vanuit Nederland.nl en de overlijdensakte nr. 66 d.d. 24-11-1950 voor Salomon Waas uit het A-register 59-folio 12v.