Verhaal

De familie Löwenstein

Aan het begin van de oorlog woont aan het begin van de Hoofdstraat op nummer 2/3 van de familie Löwenstein. Het gezin bestaat uit Levie Löwenstein en Elisabeth Wagenaar en hun dochters Jeanne van 12 jaar en Hélène van 7 jaar.

Levie en Elisabeth zijn op 25 september 1924 in Amsterdam getrouwd.

Levie is op 15 april 1899 in Amsterdam geboren en is de zoon van Jonas Löwenstein en Jane Brillesleiper, getrouwd 6 november 1895. Jonas is venter en komt uit Groningen. Hij is overleden in Amsterdam op 29 april 1901(Jane komt uit Londen. Op de gezinskaart van het gezien van Jonas , staat dat dat ze op 20 oktober 1925 (zeer slecht geselecteerd) naar Apeldoorn is gegaan en er staat bij “Het Apeld. Bosch "Op de JRK staat dat ze op 16 oktober 1925 is opgenomen. Later wordt ze inderdaad als bewoner van het Apeldoornsche Bosch gedeporteerd en op 25 januari 1943 in Auschwitz vermoord.

Levie wordt ingeschreven in 1909 in het N. Isr. Jongens Weeshuis aan de Amstel Zwanenbugstraat 20. Hij wordt weer afgeschreven op 23 april 1917, een week na zijn 18e verjaardag .

Levie komt voor in het militieregister voor met het beroep handelsreiziger, hij is 1.62, heeft platvoeten, maar wordt wel geschikt voor de dienstplicht. Op 2 januari 1925 wordt hij voorgoed vrijgesteld ivm kostwinnerschap, nadat hij al eerder voor een jaar was vrijgesteld

Elisabeth Wagenaar is op 14 september 1899 ook in Amsterdam geboren en ze is de dochter van Philip Wagenaar en Helena Duizend. Philip is makelaar in diamant. Philip overlijdt in 1941 in Amsterdam, Helena wordt op 23 april 1943 in Sobibor vermoord

Levie en Elisabeth zijn op 25 september 1924 in Amsterdam getrouwd. Op 9 maart 1928 wordt Jeanne geboren. Zus Hélène wordt op 23 januari 1933.

Levie en zijn gezin komen per 29 oktober 1936 naar Apeldoorn en gaan op de Hoofdstraat 2-3 wonen. Levie is dan winkelier

Levie en zijn vrouw zetten de kantoorboekhandel Mercurius op aan de Hoofdstraat. In een advertentie vragen ze een 'beschaafde jongedame' voor de kantoorboekhandel en in de huishouding. De boekhandel is relatief een succes. Er wordt regelmatig een 'loopjongen' gevraagd en er verschijnen talrijke advertenties in de krant. Met naam in de aanloop van sinterklaas en kerst staan er extra advertenties in voor leesboeken, Monopolyspellen, Karl Mayboeken en nog meer.

Jeanne gaat vanaf 1 september 1938 naar de Rijksleerschool. Ze komt waarschijnlijk in de 4e klas . Vanaf 1 september 1941 mag ze niet meer naar school. Het is niet duidelijk in welke klas ze zat, maar ze wordt niet meer systematisch voor de joodse school. Hélène gaat ook op 1 september 1939 naar de Rijksleerschool. Als ze in september 1941 naar de derde klas zouden gaan, mag dat niet meer en moet ze wachten tot in december 1941 de Joodse school begint. Ze komt dan in de 3e klas bij juf Martha Rose Wijler.

In de Nieuwe Apeldoornsch Courant wordt Levie aangekondigd dat ze nog vakantie hebben van 24 augustus 1942 tot 28 augustus. Op 29 augustus staat de laatste advertentie in de krant. Ze zullen er 's middags na hun vakantie weer zijn.

Vermoedelijk duikt het gezin dan onder. Op 22 oktober 1942 verschijnt er in het politieblad een verzoek tot opsporing van Levie, Elisabeth en de kinderen omdat ze zonder toestemming van zijn woonplaats woonplaats hebben.

Maar het onderduiken is uiteindelijk tevergeefs. Het gezin wordt opgepakt en staat op een binnenkomend transport in Westerbork vanuit Apeldoorn op 7 november 1942.

Maar ze blijven niet lang in Westerbork en gaan op 10 november 1942 onmiddellijk door naar Auschwitz, waar de moeder en dochters op 13 november 1942 onmiddellijk na aankomst worden vermoord. Levie wordt waarschijnlijk uitgekozen voor dwangarbeid en overlijdt Midden-Europa op 31 maart 1944.