Verhaal

Markt voor Joden 1941 - 1943: Joubertstraat

Van speeltuin naar markt achter prikkeldraad

Op de speeltuin aan de Jouberstraat hebben we 215 kooplieden gevonden die een aanvraag hebben gedaan om daar te mogen staan of daar daadwerkelijk op gestaan hebben. Op dit moment gaat het om 196 mannen en 18 vrouwen. Verdere details met betrekking tot de markt op de Joubertstraat volgt nog.

Er is sinds maart 2024 een amateur video opgedoken uit een privé archief waar beelden van de markt te vinden zijn.

 Voor veel kooplieden hebben we handgeschreven brieven gevonden. Indien u meer informatie wilt over u familie bijvoorbeeld, dan kunt u contact opnemen: info@marktvoorjoden.nl

Bron Stadsarchief Amsterdam

Joubertstraat (in progress)

Op 13 oktober 1941 vindt er een onderzoek plaats naar verschillende locaties in de stad om de nieuwe Joodsche hulpmarkten te starten.

Bron Stadsarchief Amsterdam

Bron Stadsarchief Amsterdam

15 november 1941

Het aantal uitgegeven marktplaatsen blijkt zo gering dat een gedeelte van de speeltuin weer opengesteld kan worden. De kinderen kunnen dus weer spelen op de speeltoestellen, echter, er moet wel een duidelijke afscherming komen.

Bron Stadsarchief Amsterdam

 

2 mei 1942

Een groep kooplieden die op de markt staan klagen over diefstal na sluitingstijd van de markt. De markten hadden geen vaste sluitingstijd in verband met de verduisteringsmaatregelen. De kooplieden besloten een bewaker in te huren, echter, daar moest wel toestemming voor worden gevraagd aan het Marktwezen. Inspecteur Renz geeft in deze een advies aan de directeur, zoals de inspecteur dat altijd doet voor alle aanvragen. De diefstal vindt vooral plaats na sluiting van de markt tot 23:00. De bewaker moet een sleutel van het hek krijgen.

Bron Stadsarchief Amsterdam

Bron Stadsarchief Amsterdam

5 augustus 1942

Het Marktwezen stuurt met enige regelmaat mutatie- en overzichtslijsten over de uitgegeven (vaste) plaatsen inzake de Joodsche markten. De belangrijke spil in deze is de heer Alois Gombault, die na het vertrek van Bohmcker naar Oostenrijk, de centrale rol inneemt. De heer Gombault is nagenoeg overal terug te vinden vanaf deze periode. In het Duitse Bundes archief was alleen algemene informatie te vinden. De snelle introductie van de Joodsche markten heeft niet altijd geleid tot goede resultaten inzake de uitgegeven vergunningen. De directeur van het Marktwezen geeft hier aan: "...als gevolg van de haastige voorbereiding, een aantal fouten zijn geslopen, welke hiermede zijn gecorrigeerd." 

Bron Stadsarchief Amsterdam

Bron Stadsarchief Amsterdam

17 augustus 1943

De half Joden of gemengd gehuwden bleven als laatst achter. De deportaties hebben in 2 maanden tijd het totaal aantal Joodsche kooplieden teruggebracht van 313 op 6 juni 1943 tot 107 op 1 augustus 1943. Eind augustus 1943 waren er nog maar 28 kooplieden op de resterende markten.

De rol van Omnia is als bewindvoerder voor geliquideerde Joodsche kooplieden/winkels. Heel veel informatie ben ik daarover (nog) niet tegengekomen. Detail informatie over de rol van Omnia is welkom op: info@marktvoorjoden.nl

Bron Stadsarchief Amsterdam

Eind december 1943 wordt de markt aan de Joubertstraat opgeheven. Samen met de markt aan het Minervaplein halen ze net wel/net niet 1944. De mutatielijsten lopen vaak achter ten opzichte van de daadwerkelijke datum dat kooplieden zijn 'afgevoerd'. Als kooplieden een vergunning krijgen om op een markt te mogen staan, dan worden ze 'opgevoerd'...van de lijst halen kan om verschillende redenen:

- wanbetaling

- werkverruiming

- Duitsland

- geen handel

- ziekte

- anders

Bron Stadsarchief Amsterdam

Bron Markt voor Joden

 

Personen onbekend 

Bernhard Lewitt, 18/8/1899, niet op Joods monument