Van het transport van 14 September 1943 (Westerbork-Auschwitz), zijn na selectie bij aankomst de voor arbeid geschikt geachte mannen voor het overgrote merendeel gebracht naar Monowitz-Buna en de overgebleven vrouwen werden nagenoeg alle bestemd voor experimenten.
Het transport van 14 September 1943 uit Westerbork bestond globaal uit:
Kinderen tot 15 jaar …....…………………. 119
Mannen van 16 tot 50 jaar ……………... 302
Vrouwen van 16 tot 50 jaar …………….. 330
Personen boven de 50 jaar .……………… 254
Totaal aantal personen ..…...……………. 1005
Aantal overlevende mannen ……………. 21
Aantal overlevende vrouwen ……….…… 52
Waarbij hier het grote aantal overlevende vrouwen van dit transport in het oog springt, want ook voor dit transport geldt de algemene regel, dat jonge kinderen (tot 15 jaar), moeders met kinderen, zwangere vrouwen, alsmede zwakke, zieke en oudere personen (in de regel boven ±50 jaar), hetzij terstond bij aankomst, hetzij na verblijf van enkele weken in zogenaamde "quarantaine", door vergassing om het leven werden gebracht.
Over het transport van 14 September 1943, A. Mannen
Door de tewerkstelling van nagenoeg alle voor arbeid geschikt geachte mannen van deze transporten in Monowitz en door de omstandigheid, dat de personalia van verreweg de meeste van deze mannen voorkomen in de bewaard gebleven administratie van de "Krankenbau" aldaar over de periode 7 Juli 1943 tot 19 Juni 1944. (zie Hoofdstuk I, paragraaf 2), zijn uit deze administratie praktisch alle gematriculeerden bij name bekend. Klaarblijkelijk kwamen bijna allen te eniger tijd in deze "Krankenbau" terecht.
Daar voorts, hetzij uit de in genoemde administratie vermelde mutaties, hetzij uit latere documentaire gegevens (omtrent Auschwitz of omtrent andere kampen, waarheen de betrokkenen bij de grote evacuatie of eerder werden overgebracht), het lot van deze mannen, op enkele uitzonderingen na, individueel bekend is, behoeft bij de behandeling van deze transporten niet verder te worden gezocht naar algemene conclusies voor de bepaling van de aantallen en de leeftijden der tewerkgestelden of van hun maximale levensduur.
Tenzij van het bestaan der betrokken vermisten (later) in andere kampen dan Monowitz is gebleken, vallen zij onder de conclusies, welke zijn geformuleerd in Hoofstuk I, paragraaf 3, sub I.
B. Vrouwen.
Naar uit de overvloedige getuigenverklaringen blijkt, zijn de vrouwen, die bij de bij aankomst van dit transport te Auschwitz gehouden selecties niet werden uitgezocht om voor experimenten te worden gebruikt (zie Hoofdstuk I, paragraaf 3, sub III ), terstond naar Birkenau gevoerd om te worden vergast. Ten aanzien van de voor experimenten aangewezen vrouwen wordt in hoofdzaak naar de aangehaalde paragraaf verwezen, en voor het overige naar hetgeen omtrent deze vrouwen is medegedeeld bij de behandeling van de afzonderlijke transporten.
Bijzonderheden over het transport van 14 September 1943. (blz 48 en 49)
De bekende matricule-serie loopt van 150.605 t/m 150.837 (A t/m Z), zodat 233 mannen (misschien nog 1 of 2 meer) zijn gematriculeerd. Hiervan zijn :
- a) overleden te Monowitz 38. (sterfdata uit de Krankenbau-administratie bekend).
- b) op bekende data uit de Krankenbau Monowitz afgevoerd naar Birkenau 79. 1 overlevend.
- c) idem naar Auschwitz 48. 5 overlevend.
- d) "entlassen" uit de Krankenbau Monowitz 52. (data bekend). 13 overlevend.
- e) briefschrijvers omtrent wie geen andere gegevens beschikbaar zijn 5.
- f ) onbekend, 9.
- g) in Auschwitz gebleven als verpleger 2. 2 overlevend.
Totaal 233 mannen, waarvan 21 overlevenden.
Ten aanzien van de sub f bedoelde "onbekenden" is uiteraard geen andere conclusie mogelijk dan hen als overleden te beschouwen op of omstreeks de dag van aankomst van het transport te Auschwitz op 17 September 1943. Voor de overigen gelden, voor zover omtrent hen individueel verder niets bekend is, de conclusies omtrent de Monowitz-gevallen (Hoofdstuk I, paragraaf 3, sub I).
Van de vrouwen van dit transport zijn er, blijkens eenstemmige verklaringen van getuigen, 100 aangewezen voor experimenten. Het gereconstrueerde fragment van de matricule-serie loopt van 62.463 (A) t/m 62.558 (Z).
Ook van deze vrouwen kan aan de hand' van de verklaringen van de 52 (!) overlevenden een zo goed als volledige lijst worden samengesteld. Hun overlijdensdata kunnen worden bepaald overeenkomstig de conclusies in Hoofdstuk I, paragraaf 3, sub III.
HOOFDSTUK I – paragraaf III – sub III (blz. 12 t/m 16)
Algemene conclusies inzake vrouwen, die voor het ondergaan van "medische" experimenten opgenomen zijn geweest in de zg. "experimentenblokken".
Ook van het transport van 14 September 1943, zijn een aantal gehuwde vrouwen, die geen jonge kinderen bij zich hadden, en enkele ongehuwde vrouwen, die zich als gehuwd hadden opgegeven, aangewezen voor het ondergaan van "medische" experimenten, en daartoe opgenomen in de zg. "experimentenblokken". ("Block 10" en later ook "Block 1" van het kamp Auschwitz). Ten aanzien van het lot van deze vrouwen staat óók vast dat in het begin een aantal vrouwen overleden aan besmettelijke ziekten (typhus, dysenterie, roodvonk). Enige vrouwen, die door deze ziekten waren aangetast, werden ter vergassing overgebracht naar Birkenau.
HOOFDSTUK I – paragraaf III – sub IV (blz. 16 en 17)
Algemene conclusies betreffende gedeporteerden:
- van wie hier te lande na hun deportatie brieven zijn ontvangen;
- die blijkens de administratie van de "Krankenbau-Auschwitz” uit deze inrichting zijn ontslagen, terwijl nadien van hen niets meer werd vernomen;
- van wie in de bewaard gebleven resten van de Auschwitz administratie Fragebogen zijn aangetroffen;
- wier namen voorkomen in het "Kommandobuch-Golleschau”, terwijl het tijdstip van hun overlijden daarin niet is aangegeven
Voor de in 1943 gedeporteerden, die onder deze categorieën vallen, gelden in het algemeen dezelfde conclusies als voor de overeenkomstige groepen van de transporten van 1942.
Terzake wordt verwezen naar blz. 85 t/m 94 van deel III van deze publicaties, bijlage II, pagina’s 65, 66 en 67.
Samenvatting van de conclusies van het transport 14 September 1943.
Mannen
1e. Individueel wordt aan de hand van de administratie van de "Krankenbau Monowitz” het tijdstip en de plaats van overlijden vastgesteld van de tot het bovenvermelde transport behoord hebbende mannen die:
a): in de Krankenbau zijn overleden (data bekend);
b): uit de Krankenbau zijn afgevoerd naar Birkenau (overleden aldaar uiterlijk de dag na die waarop zij uit de administratie werden afgeschreven);
c): uit de Krankenbau zijn afgevoerd naar Auschwitz (overleden aldaar uiterlijk op het einde van de derde maand na de datum, waarop zij uit de administratie werden afgeschreven);
d): uit de Krankenbau zijn "entlassen" (overleden tijdens de evacuatie op een datum, te bepalen aan de hand van het door het Informatiebureau opgestelde evacuatieschema), met dien verstande, dat de "Entlassenen", wier matricule-nummers in het "Nummerboek" van Auschwitz voorkomen zonder aanduiding van een kampmutatie of een "checkings" (V)-teken, moeten worden geacht te zijn overleden uiterlijk 29 Februari 1944. Alle andere tot het transport behoord hebbende mannen worden, tenzij individueel anders bekend is, geacht te zijn overleden te Birkenau op of omstreeks 17 September '43 (transport 14-9-1943)
Vrouwen en kinderen
(Onder "kinderen" worden in deze samenvatting verstaan: kinderen, die 3 dagen na de transportdatum nog geen 16 jaar waren).
Individueel wordt aan de hand van de bij het Informatiebureau uit getuigenverklaringen en officiële documenten samengestelde lijsten het tijdstip en de plaats van overlijden vastgesteld van de voor het ondergaan van experimenten geselecteerde vrouwen. Tot deze groep behoord hebbende vrouwen, die uit de experimentenblokken zijn afgevoerd naar Birkenau, worden geacht te zijn overleden aldaar uiterlijk op het tijdstip, dat voor de afzonderlijke groepen is vastgesteld in Hoofdstuk I, paragraaf 3, sub III.
2e: Alle andere tot het transport behoord hebbende vrouwen, en ook de kinderen, worden, tenzij individueel anders bekend is, geacht te zijn overleden te Birkenau, respectievelijk, op of omstreeks: 17 September '43(transport van 14-9-1943).
Bron: het archief van het Nederlandse Rode Kruis, publicatie “Auschwitz IV”, deportatietransporten naar Auschwitz/najaarstransporten, uitgegeven October 1953. (zie verder de vetgedrukte verwijzende hoofdstukken, paragrafen en bladzijdes in de tekst).