Biografie

Over Margaretha Ossedrijver.

Margaretha Ossedrijver, geboren op 29 November 1901 in Amsterdam, was een dochter van Hartog Ossedrijver en Henriette Broekman. Zij was pettenmaakster en ongehuwd.

Margaretha woonde maar kort bij haar ouders thuis want toen haar moeder Henriette Broekman op 4 Februari 1903 overleed, werd de amper 2-jarige Margaretha op 21 Februari 1903 ondergebracht bij haar grootouders Jacob Ossedrijver (1833) en Vrouwtje Gans (1838), die toen in de Jodenbreestraat 66 I in Amsterdam woonden.

Pas op 20 Juni 1924 vertrok Margaretha bij haar grootouders en trok toen in bij haar ongehuwde broer Isaac die in de Transvaalstraat 116 II in Amsterdam-Oost woonde. Volgens de woningkaart van het Stadsarchief van Amsterdam was er in dat pand op de 1e, 2e en 3e etage een ziekenhuis gevestigd.  

Margaretha’s broer Isaac vertrok op 2 April 1938 naar de Schalk Burgerstraat, maar Margaretha bleef wonen in de Transvaalstraat 116 II, waar vervolgens nog meer familie kwam wonen, t.w. Eva, (1867), Beletje (1869) en Abraham (1875), kinderen van Jacob Ossedrijver en Vrouwtje Gans, tantes en een oom van Margaretha.

Want op 20 Juni 1924 verhuisden ook de ongehuwde Eva, Beletje en Abraham van hun ouderlijk huis, echter naar hun broer Hartog op de Oude Waal 31, Maar toen Hartog in 1935 ging verhuizen naar de Joodsche Invalide op het Weesperplein 1, waar hij op 14 Januari 1939 overleed, trokken Eva, Beletje en Abraham in bij hun ongehuwde neef Isaac Ossedrijver (1892) die toen al op de Transvaalstraat 116 II woonde.  

Toen ook Isaac Ossedrijver op 2 April 1938 vertrok naar de Schalk Burgerstraat, bleven de tantes Eva en Beletje en oom Abraham Ossedrijver op de Transvaalstraat 116 II wonen. Alleen Beletje Ossedrijver (naam is ook gespeld als Ossedryver), verhuisde op 24 December 1942 nog naar de Joodsche Invalide op het Weesperplein 1.

Margaretha Ossedrijver was “gesperrt”. Zij had een functie bij de Joodse Raad en was al sinds Juli 1938 pettenmaakster bij de J.C.B. (Joodse Centrale voor Beroepsopleiding), op het Westeinde 17 in Amsterdam. Volgens haar registratiekaart van de Joodse Raad was haar gezondheid niet helemaal in orde; zo had zij last van nierstenen en staand werk was voor haar ongeschikt. Aan de andere kant werden ook haar goede eigenschappen, kennis en kunde vermeld zoals een 20-jarige ervaring als kantoorbediende, beheersing van de Nederlandse taal, handelskennis, schoonschrijven en typen, buitengewoon vlijtig en ijverig, intelligent en leiding kunnen geven aan jongeren. Een aanpakker!

Op 20 Juni 1943 werd Margaretha Ossedrijver tijdens de grote en in het geheim voorbereidde razzia in Amsterdam opgepakt, waarbij toen ca. 5500 Joden werden gearresteerd en samen met hen weggevoerd naar Westerbork. Zij kwam daar terecht in barak 71 en op 13 Juli werd zij gedeporteerd naar Sobibor. Bij aankomst aldaar op 16 Juli 1943 werd Margaretha Ossedrijver onmiddellijk vermoord.

Bronnen o.a. Stadsarchief Amsterdam, gezinskaarten en van Jacob Ossedrijver (1833) Isaac, Margaretha, Eva, Beletje en Abraham Ossedrijver, archiefkaart Margaretha Ossedrijver, woningkaart Transvaalstraat 116 Amsterdam, en het archief van de Joodse Raad, registratiekaart van Margaretha Ossedrijver en van Eva, Beletje en Abraham Ossedrijver.

 

Alle rechten voorbehouden