Celina ging van 3 november 1914 tot eind juli 1925 naar de Amsterdamse dovenschool. Volgens de gegevens van de school was zij geheel doof en lichamelijk zeer zwak. Zij leek verstandelijk wel ontwikkeld.
Volgens de gegevens van de school was haar vader was schoenmaker, maar volgens de gezinskaart in het Amsterdams Stadsarchief was haar vader bedrijfsleider in rijwielen en onderdelen.
Eind juli 1925…