Jacobus Henricus Kann

Jacobus Henricus Kann was getrouwd met Adriana Anna Polak Daniels. Hij stond aan het hoofd van een oud bankiershuis in Den Haag.
Jacobus Henricus Kann werd gegrepen door de ideeën van Herzl. In 1897 woonde Kann het eerste zionistische congres in Bazel bij. Hij is een belangrijke rol gaan spelen in de zionistische wereldorganisatie, onder andere als lid van het internationale hoofdbestuur en bij de…

Jacobus Henricus Kann stond in 1942 op de Weinreb-lijst.

Bron: 'Rapport door het Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie uitgebracht aan de minister van Justitie inzake de activiteiten van drs. F. Weinreb gedurende de jaren 1940-1945, in het licht van nadere gegevens bezien', Mr. D. Giltay Veth & A.J. v/d Leeuw. Den Haag, 1976.

Voor de Tweede Wereldoorlog, en voor de oprichting van de Staat Israël, hebben Joden vanuit heel Europa geïnvesteerd in ‘Eretz Israël’. Het gaat hierbij voornamelijk om aandelen, kunstobjecten en stukken grond met een totale waarde van ruim 33 miljoen euro. Aan het einde van de Tweede Wereldoorlog was men bang dat deze bezittingen door de Britse machthebbers in beslag zouden worden genomen. Om dit…

Jacobus Henricus Kann en Adriana Polak Daniels hadden vijf kinderen. Een van hen was Johan.
Joods Historisch Museum

Van dit gezin is ook een JOKOS-dossier (nummer 31485) aanwezig op het Gemeentearchief van Amsterdam. Voor inzage is toestemming nodig van de stichting Joods Maatschappelijk Werk. Uit het JOKOS-dossier is bekend dat er een claim is ingediend voor vergoeding van waardevolle voorwerpen…

Eduard Martinus Kann was een broer van Jacobus Henricus Kann.

Jacobus was getrouwd met Adriana Anna Kann-Polak Daniels. Zij was een zuster van Emilie Rosette Kann-Polak Daniëls (echtgenote van Eduard Martinus Kann)

Het betrof hier een zogenaamd dubbel-huwelijk (2 broers en 2 zusters).

Ten gevolge van kou en ondervoeding in de onderduik in een koude ruimte van nauwelijks 1 meter hoog zijn Eduard Ma…

J.H. Kann was van 1920 tot 1941 lid van het Directorium van het Nederlandsch Lyceum. In het jaarverslag voor de Directeuren en Curatoren 1944-45 herdenkt rector Reindersma hem als volgt:

"Een bijzonder woord moge hier, nu de oorlog geëindigd is nog worden gewijd aan onzen penningmeester J.H. Kann, die in ballingschap is gestorven in Theresiënstadt. De heer Kann heeft voor de school zeer veel gedaa…