Roosje ten Brink-Zilverberg

De burgemeester van Almelo verzocht opsporing, aanhouding en voorgeleiding van Maurits ten Brink, grossier in galanterieën, van zijn echtgenote Roosje ten Brink-Zilverberg en hun dochter Henriëtte Helena. Zij waren woonachtig in Almelo en werden ervan verdacht van woonplaats te zijn veranderd zonder de daartoe vereiste vergunning te hebben. Met deze omschrijving werden joden aangeduid die waren on…

Lees over de arrestatie op 3 juli 1944 van Jetty en haar ouders op hun onderduikadres bij de zusters Nieuwenhuis in Markelo: C. B. Cornelisse, De Ottema’s. Het relaas van een NSB familie. Denekamp, Heinink Media 2017, blz. 106-107.

De familie Ten Brink dook onder in oktober 1942. Eerst in hun woonplaats Almelo, later in Markelo. De zoon van het gezin zat elders ondergedoken. Nadat een voormalig werknemer van Maurits de verblijfplaats van het gezin van zijn baas had opgebiecht, viel de Landwacht in de nacht van 2 op 3 juli 1944 het onderduikadres in Markelo binnen. Via een luik in het toilet vluchtten de onderduikers hun schu…