Dit lied, dat eindigt bij de dag dat ik met mijn vrouw Jeanet en onze drie zoons Steyn Ward en Brande het namenmonument in Amsterdam bezocht, schreef ik op basis van de geschiedenis in onze familie. Voor het eerst stonden we 'oog in oog' met oma Bertha van der Hoek-Swaab en iedereen die spoorloos verdwenen was maar nu weer tastbaar. Ontroerd en dankbaar.