Verhaal

Leo Weijls graf in Polen

Cosel (Kędzierzyn-Koźle) en de staalfabriek van Malapane (Ozimek)

Monument ter nagedachtenis van de Nederlandse joden die omkwamen in de werkkampen van de staalwerken van Malapane / Ozimek in Polen. Door: Gerrit Jan Martens
Met: Leo Weijl
Alle rechten voorbehouden

Onderstaande is mede gebaseerd op bevindingen van Gerrit Jan Martens, waarvoor dank

Leo Weijl behoorde tot de zogenaamde Coselgroep. In de periode 28 augustus - 12 december 1942 stopten sommige deportatietreinen naar Auschwitz kort op het station van Cosel, ca 80 km ten westen van Auschwitz. Alle jongens en mannen tussen 15 en ca 50 jaar werden er dan uit gehaald en gescheiden van de familieleden. De huidige benaming van Cosel is Kędzierzyn-Koźle, ook nu nog een spoorwegknooppunt.

Leo Weijl ging naar de staalfabriek in Malapane, Silezië (het tegenwoordige Poolse Ozimek, Opole, 45 km. ten Noorden van Kędzierzyn-Koźle). In het naburige dorp Szczedrzyk is hij begraven op de r.k. begraafplaats, in een massagraf van dwangarbeiders.

Op 18 oktober 1989 is daar in aanwezigheid van een grote Nederlandse delegatie een gedenkteken ingewijd met de namen van 43 uit Nederland gedeporteerde joden. Ook de naam van Leo Weijl staat erbij.

Bronnen :
- Oorlogsgravenstichting http://www.ogs.nl/
- Jacques Presser, Ondergang, p. 411-12
- Mededelingen IJsselakademie Kampen jrg 12 nr 4, december 1989, p. 74-78
- www.bundesarchiv.de/gedenkbuch/ voor de lijst van deportatietreinen vanuit Westerbork en de aantallen die bij Cosel uit de trein werden gehaald

Alle rechten voorbehouden