Abraham Frijda was een zoon van Izaak Frijda en Marianne Leefsma. Hij was ongehuwd en verbleef sinds 17 Augustus 1932 op het adres Oude Haagweg 377, Den Haag.
Abraham kwam uit een gezin met tien kinderen, waarvan zijn broer Louis Hartog eveneens tijdens de Sjoa om het leven gebracht. Het Utrechts Archief en het Gemeente Archief Den Haag.
Patiënten en joodse onderduikers Rosenburg en Bloemendaal
Meer informatie over deze persoon staat in de lijst met namen van vermoorde Joodse patiënten en onderduikers, die gedeporteerd zijn uit de Stichting Rosenburg (klinieken Oud-Rosenburg en Ramaer-kliniek) en uit de Stichting Bloemendaal (met de kliniek Ockenburg) in Den Haag.
In 2017 is de publicatie "De patiënten en Joodse onderduikers - bij de Stichting Rosenburg (klinieken Oud-Rosenburg en Ramaer-kliniek) en bij de Stichting Bloemendaal tijdens de Tweede Wereldoorlog" verschenen, van de hand van Merijn Bolink, Corien Glaudemans en Corry van Straten (De Nieuwe Haagsche, 2017), over de deportatie van 251 joden (patiënten en onderduikers) uit de Haagse psychiatrische i…