Izak Kalker en Maria van Blijdestijn hadden vier kinderen: Mozes Levie (roepnaam Mopie), Antje Jeannette (roepnaam Annie) en twee kinderen die de oorlog hebben overleefd. Het gezin woonde in Ophemert waar Izak een slagerij had aan de Waalbandijk.
De burgemeester van Ophemert heeft tevergeefs geprobeerd de familie te behoeden voor deportatie. In 1943 is het hele gezin naar kamp Vught afgevoerd. Twee kinderen zijn te werk gesteld in het Philips kommando en konden zo langer in Nederland blijven. De ouders, Mopie en Annie zijn naar Westerbork overgebracht. Van daaruit zijn zij naar Sobibor gedeporteerd.
Toevoeging van een bezoeker van de website
Aanvullende informatie over het gezin Kalker is te vinden in: R.J. van Ooyen, ea, Ophemert en Zennewijnen en de Tweede Wereldoorlog (Ophemert 1985).
Nog meer over het gezin Kalker is te vinden in: Tjeerd Vrij Bittere tranen (Laren 2010) en in Frans Nieuwenhof 't Senioortje (zomer 2009).
Toevoeging van een bezoeker van de website